Waarom het woord 'hen' niet moeilijk is
De voornaamwoorden ‘hij’ of ‘zij’ kloppen niet wanneer je Storm Vogel beschrijft. Sinds twee jaar vraagt hen daarom aan iedereen om hen heen, van vrienden tot de huisarts, om hen met de voornaamwoorden hen/hun aan te spreken. ‘Dit omdat ik geen man of vrouw ben, maar non- binair.’ Voor Lilith Mag schrijft Storm over hoe het de laatste tijd weer pijnlijk duidelijk is dat de voornaamwoorden die hen gebruikt erg ingewikkeld en verwarrend zijn voor cis-mensen (mensen die zich identificeren met het gender dat ze bij hun geboorte kregen).
Ik hoor bijna elke dag dat mensen het niet kunnen opbrengen om mij aan te spreken met termen die me niet uitwissen. Dit gebeurt in het dagelijks leven, maar ook in de media. De Volkskrant bijvoorbeeld, weigert de correcte voornaamwoorden van de Zuid Afrikaanse visueel activist Zanele Muholi te gebruiken omdat dat ‘te verwarrend leest’. Ook in de Trouw stond een lang artikel over dat Nederland nog niet klaar zou zijn voor ‘genderneutrale’ voornaamwoorden.
De grote moeilijkheid lijkt hem te liggen in de taal. Hen, hun en die, diens zouden niet grammaticaal correct zijn, lelijk zijn, niet lekker lopen. Het klopt dat de taal een diep binair denken verraadt en veroorzaakt. Zo moet ik altijd kiezen tussen meneer of mevrouw, want er is geen woord voor wat ik ben. Hetzelfde geldt voor hoe mijn zus en broer me zouden moeten noemen, want ik ben niet hun zus of broer. Vanuit non- binaire mensen zijn er gelukkig allerlei initiatieven om de taal inclusiever te maken. Het diepgewortelde binaire gendersysteem (het idee dat er alleen mannen en vrouwen bestaan) wordt immers vooral duidelijk in de taal.
Opeens is iedereen heel erg into grammatica
Overal en nergens werpen cis-mensen zich opeens op als voorvechter van ‘correcte’ grammatica. Voor mensen die zich zo druk maken over taal is het opvallend dat ze niet verder kijken naar de enorme macht die taal heeft om mensen te dehumaniseren en uit te sluiten. Dit zie je bijvoorbeeld in het feit dat mensen over non- binaire en trans mensen vaak dingen zeggen als ‘zij voelt zich geen man of vrouw’ en ‘zij identificeert zich als man’. Waarom altijd dat ‘voelt’? Zou je dat over een cis persoon ook zeggen? ‘Dit is Mark Rutte, hij voelt zich een man’. Door het zo om te keren zie je meteen hoe belachelijk het klinkt. Ik voel mij niet ‘geen man of vrouw’, ik ben het niet. Wat er mee gezegd wordt, is dat ik me wel zo kan ‘voelen’, maar dat iedereen weet dat dat ‘gevoel’ niet klopt.
De taal die mensen gebruiken laat hun onvermogen zien om buiten het binaire denken te stappen. Er wordt vaak over non- binaire mensen gezegd dat zij ergens tussen man en vrouw in zweven. Voor mij, en voor veel non- binaire mensen met mij, is dat niet het geval. Ik ben iets heel anders dan man of vrouw, niet een beetje man en een beetje vrouw. Het fantasieloze denken over gender dat ergens toch altijd in die tweedeling moet passen doet geen recht aan de complexiteit van onze identiteiten.
Veel te lastig allemaal
Maar mensen vinden het moeilijk. Hen/ hun klinkt te veel als meervoud, zeggen ze. In plaats van luisteren naar wat non- binaire mensen al jaren doen (hen/hun of die/ diens), of met een alternatief te komen, kiezen ze ervoor mensen zoals ik bewust met de verkeerde voornaamwoorden aan te spreken. Als het zo moeilijk is, hoe komt het dan dat de mensen in mijn omgeving, die ik al een paar jaar dwing om naar mij te refereren met hen/ hun voornaamwoorden, hier geen moeite mee lijken te hebben? Dat zij, ondanks de taal die ze van jongs af aan geleerd hebben, een nieuw, vreemd woord gewoon weten te implementeren?
Misschien heeft de moeite die mensen hebben met een nieuw woord meer te maken met een ongemak, een angst, of een gebrek aan wilskracht om inclusief te zijn in hun taalgebruik. Als je het wil, kan het namelijk prima. Ik zou zeggen dat het belang om iedereen te betrekken hoger zou moeten wegen dan je ongemak bij een zin die voor je gevoel niet zo goed loopt.
Gewoon even oefenen
Overigens gaat dat ongemak snel weg hoor, gewoon oefenen. We leren immers continu nieuwe woorden zoals anderhalvemetersamenleving (bekt ook niet echt toch?) en sommige mensen leren zelfs andere talen dan die waarmee ze opgegroeid zijn. Dan moet het toch niet zo moeilijk zijn?
In werkelijkheid komt de moeite die mensen hebben met de taal voort uit een moeite met accepteren, en echt begrijpen, van het feit dat de tweedeling man/vrouw die we overal opgeplakt hebben, niet toereikend is. Om van die allesoverheersende tweedeling af te komen is het nodig dat mensen luisteren naar non- binaire mensen, hun ongemak opzij zetten en gaan oefenen met inclusieve voornaamwoorden.
Daarom hier een oefening die iedereen elke dag kan doen. Bedenk bij een vreemde op straat in je hoofd een zinnetje als “Die persoon heeft een mooie jas aan, hen lijkt me vriendelijk” of “Hen heeft hun portemonnee laten vallen, ik geef hem gauw terug aan hen want ik ben een brave burger” of “Wat een mooie ogen heeft deze persoon, hen is een volwaardig mens wiens voornaamwoorden ik accepteer en voor wie ik moeite doe”. Op deze manier zorg je ervoor dat je bijdraagt aan een wereld waarin iedereen gerespecteerd en voor vol aangezien wordt, ook non- binaire mensen.
Storm Vogel Storm Vogel (hen/hun) heeft gewerkt als theatermaker, speler, docent, schoonmaker, schrijver, fractiemedewerker in de politieke partij BIJ1, illustrator, en operator van een schommelschip. Nu schrijft hen opiniestukken voor Lilith.
Beeld: Freepik