Opinie: 'Ik wil niet radicaliseren in verbitterdheid'
Wereldwijd worden protesten op universiteiten tegen de genocide in Gaza de kop ingedrukt. Een mogelijke invasie door Israël in Rafah was aanvankelijk nog een rode lijn, maar inmiddels lijkt ook die grens voor de internationale politiek niet meer te gelden. De dubbele maatstaven – voor wie gelden mensenrechten wel en voor wie niet? – zijn Kelly-ann van Steveninck een doorn in het oog. Het drijft haar tot waanzin, zo schrijft ze in dit relaas, en doet haar twijfelen aan sommige mensen om haar heen. ‘Ik wil niet ieders moreel kompas op de weegschaal leggen.’
Niet eerder heb ik zo weinig vertrouwen gehad in de toekomst. Ik ben pas 29 jaar, misschien komt dit dus gratuit over, maar ik heb veel toekomst voor mij: dat maakt het juist veelzeggend. Sinds het opnieuw opgelaaide geweld in het Midden-Oosten begon, is de frustratie over hoe wij in Nederland omgaan met de berichten uit Gaza stukje bij beetje groter geworden. Het verdraaien in de media, het doorlopend framen in de politiek en de onverschilligheid van kennissen om me heen over zaken die zo inherent menselijk zijn, zaken die gaan over leven en dood, raakt me als nooit tevoren.
Maar ik wil dit niet. Ik wil niet ieders moreel kompas op de weegschaal leggen, ik wil geen complotdenk-achtige neigingen ontwikkelen, ik wil niet radicaliseren in verbitterdheid. Ik wil graag vertrouwen kunnen hebben in de toekomst, mede mogelijk gemaakt door de politiek, de media, de politie, mijn universiteit. Vertrouwen waar ik recht op heb als burger van een land dat pronkt met deze instituten. Het kan. Maar het wordt zo moeilijk gemaakt.
We scheppen op dit moment een precedent voor latere generaties hoe we als samenleving omgaan met het recht op demonstratie. Grote partijen als BBB draaien tactisch wanneer het onderwerp hen onwelgevallig ligt. Eerlijke en intensieve journalistiek, die verder zoekt dan de waan van de dag en het voeden van de onderbuik van de gemiddelde Facebook-reageerder, raakt schaars en staat onder druk. Maar boven alles laten we nu zien hoe we als samenleving het recht op leven evalueren voor mensen met een culturele achtergrond die niet westers is.
Let wel: ik verwacht geen extreem-linkse overheid en media, maar een zuiver, van eigenbelang ontdaan politiek debat en eerlijke, volledige berichtgeving. Dit zou voor een land als Nederland niet teveel gevraagd hoeven zijn. Het snijdende gevoel van onrechtvaardigheid voert continu de boventoon en maakt me fel en rigide: ik kan geen geduld of begrip opbrengen voor mensen die de situatie van twee kanten willen bezien of nuances willen aanbrengen. Ik moet er alles aan doen om het tij te keren en onze zaak te verdedigen, om duidelijk te maken dat we ons horen in te zetten voor wat rechtvaardig is en dat we als land niet schouderophalend naar een genocide zouden moeten staan kijken.
“Sommige schrijvers, journalisten en kunstenaars die ik eerder bewonderde stellen nu schril teleur door zich afzijdig te houden van het debat, wellicht uit vrees voor de lange armen en tenen van het zionisme.”
Maar dat kan ik niet. En die machteloosheid creëert een gevoel van langzame gekte. Ik merk dat mijn heersende emotie hierdoor bestaat uit agressiviteit, de neiging om iedereen de ziekte te wensen en voortaan blanco te stemmen. Om wéér een rondje te doen op Instagram en iedereen die stories plaatst over Aperol Spritz in de zon, nieuwe sneakertjes voor de peuter en zelfpromotie voor de zoveelste experimentele dj-set te ontvolgen. Met vriendinnen analyseer ik de activisten die we kennen die tijdens eerdere protesten, waaronder Black Lives Matter, nog vooraan de gelederen stonden, maar nu om mysterieuze redenen er een armzalig laf activisme op na houden. Ik weet heus dat het een volledig nutteloze en giftige besteding van onze tijd is: we worden te vaak teleurgesteld om al die brokjes wrok voor iedereen met ons mee te kunnen dragen.
De gekte bekruipt me tot in de haarvaten, want het kan nergens naartoe. Sommige schrijvers, journalisten en kunstenaars die ik eerder bewonderde stellen nu schril teleur door zich afzijdig te houden van het debat, wellicht uit vrees voor de lange armen en tenen van het zionisme. De politiek faalt er in om mijn stem te vertolken. Ik kan niet meer, zoals eerder, gniffelen om de droge boerennuchterheid van de leider van de BBB wanneer diezelfde boerennuchterheid even later weer wordt aangezwengeld om haar achterban kwaad te krijgen over protesten die niet in haar populistische straatje passen. En ik hang de Europese verkiezingsposter van de partij waarvan ik lid ben deze keer niet in het raam. Uit schaamte.
“De universiteit die mij zoveel vrijheid en voldoening gaf is een hol, karakterloos instituut geworden op het moment dat wij hen het hardst nodig hebben.”
De politie bekijk ik met groeiende argwaan: het instituut waarvan je ouders je aanleerden dat als je hen kwijt was, je je altijd aan een veilige politiemeneer moest vastklampen. Terwijl ik aan mijn laptop geketend zit, tijdens een lafhartige poging om mijn scriptie af te ronden, zie ik op mijn telefoon hoe frêle klasgenoten zonder enige provocatie in elkaar worden gemept door diezelfde vaderfiguren. De universiteit die mij zoveel vrijheid en voldoening gaf is een hol, karakterloos instituut geworden op het moment dat wij hen het hardst nodig hebben. Tijdens de live-registratie van de staff-walkouts tuur ik naar professoren waarvan ik les heb gehad, zodat ik weet dat zij op staan voor wat goed is, dat ik bij hen kan horen. Snakkend naar personen die nog wel te bewonderen zijn.
Dat die er zijn weet ik zeker. Door de ruisende laag mist van desinformatie, politiek gekonkel en onverschilligheid om ons heen lijkt de toekomst troebel. Alleen kan ik het tij niet keren, en jij ook niet. Maar we zijn met veel, en we zijn iedere dag mondiger, vuriger en komen bij ieder nieuw protest beter voorbereid ten tonele. De harde reactie uit de politiek, en bepaalde plekken in de samenleving, illustreert naast tegenwerking ook dat we zijn aangekomen op een punt waarop geen weg meer terug is. Het rommelt onder de mensen.
Het mooie is: tussen alle leeftijden, culturele achtergronden en geloven worden ook allianties gesmeed en bruggen geslagen waarvan we eerder niet wisten dat ze bestonden. Sterke bondgenootschappen waarvan de kern bestaat uit één enkel elementair gegeven: het gedeelde verlangen naar rechtvaardigheid.